Regelmatig hoor ik: ‘Ik heb ook een camera, maar ik weet niet zo goed waar ik moet beginnen. Hij ligt nog steeds in de kast.’ En dat is jammer. Mijn advies: ‘Haal die camera uit de kast en ga oefenen!’ Als je nog geen ervaring hebt met de instellingen van je spiegelreflexcamera, kan het best even pittig zijn om dit onder de knie te krijgen. Als je weet hoe je camera werkt en wat deze allemaal kan, dan kun ook jij de mooiste foto’s maken! Door Miranda Koevoets
Ik herinner me nog goed dat ik mijn eerste spiegelreflexcamera kocht, een Fuji. Later ben ik overgestapt naar de Canon EOS 20D, Canon EOS 40D en nu fotografeer ik alweer jaren met de Canon EOS 5d Mark ||| en de Canon EOS 5d Mark |V. Ik fotografeer (bijna) altijd op de manuele stand.
AUTOMATISCH OF NIET?
Een camera heeft verschillende standen, de automatische stand, diafragma voorkeuze (AV of A), sluitertijd voorkeuze (Tv of S), creatieve stand (P) en de manuele stand (M). De M stand wordt overigens alleen aangeraden als er sprake is van constant licht. Fotografeer je bijvoorbeeld op een dag dat de wolken regelmatig voor de zon gaan, dan heb je wisselend licht. Je moet dan iedere keer de instellingen van je sluitertijd, diafragma en ISO aanpassen. Je kunt daarom ook halfautomatisch fotograferen met de diafragma- of sluitertijd voorkeuze.
Daarnaast kun je vaak ook nog kiezen uit verschillende scène standen. Afhankelijk van je camera kies je die met het instelwiel of in het menu. Kan handig zijn als je zelf niet wilt nadenken. Voorbeelden hiervan zijn portret, sport, close-up, macro en landschap. Deze werken overigens alleen als je in JPEG fotografeert. Werk je RAW, dan worden deze scenes genegeerd. Werk je in RAW dan kun je later in je foto bewerkingsprogramma nog veel aanpassen. Als je wilt leren om handmatig te fotograferen en de opname naar jouw hand te zetten, stap dan over naar de andere standen, zoals hierboven genoemd.
DE BELICHTINGSDRIEHOEK
Om zo snel mogelijk met de handmatige instellingen aan de slag te gaan en je deze eigen te laten worden, adviseer ik je de belichtingsdriehoek eigen te maken. De belichtingsdriehoek bestaat uit drie onderdelen: het diafragma, de sluitertijd en de ISO waarde. Als je één van deze instellingen aanpast heeft dat invloed op de hoeveelheid licht die op de sensor van de camera valt. Hoe meer licht er binnenkomt, hoe lichter de foto.
SCHERPTE-DIEPTE
Wil je weinig scherptediepte in je foto, omdat je het onderwerp wilt benadrukken? Of wil je alles scherp in beeld, dus veel scherptediepte? Dan stel je de camera in op diafragma voorkeuze. Je kiest zelf een diafragma en de camera zoekt zelf de juiste sluitertijd hierbij. De ISO-waarde kun je als regelaar gebruiken.
Wil je veel scherptediepte? Kies een hoog diafragmagetal in beeld en er valt minder licht op de sensor. De sluitertijd wordt dan langzamer/langer en verzamelt meer licht. Je gebruikt hierbij weer de ISO als regelaar.
Maar omdat je weinig scherptediepte wilt stel je een laag getal in, bijvoorbeeld F2.8 of F4, afhankelijk van je wensen. Er komt veel licht op de sensor. De camera zoekt zelf de juiste sluitertijd hierbij. De sluitertijd zal sneller/korter zijn. Verhoog de ISO-waarde totdat de sluitertijd snel genoeg is.
Houd in de gaten dat je sluitertijd snel genoeg is, als deze te langzaam is, dan kun je onscherpe foto’s krijgen. Hoe langzamer de sluitertijd, hoe meer licht. De sluiter blijft immers langer open staan en dan komt er meer licht binnen. Met de sluitertijd kun je je beeld bevriezen, maar je kunt ook zorgen voor beweging in een foto.
M- STAND
In de M-stand kies je zelf een sluitertijd en een diafragma en stel je de passende ISO-waarde in. Je ziet vanzelf aan de belichtingsbalk in de zoeker of op het scherm wanneer je volgens de camera over- of onderbelicht. Je kunt hier dan plussen of minnen. Draai het wieltje naar links of naar rechts. Als het bestaande licht continue verandert, check dan of de foto niet onder- of overbelicht is.
Vind je dit in het begin lastig? Als je wilt spieken hoe de camera de instellingen zou gebruiken, dan kun je altijd even de camera op Automatisch zetten en kijken welke instellingen er gebruikt worden. En dan kun je in de M-stand of de halfautomatische standen, hier afhankelijk van jouw wensen veel, weinig scherptediepte, beweging of bevriezing van het onderwerp jouw instellingen hierop aanpassen. Oefenen, oefenen en oefenen, maak foto’s. Kijk naar het resultaat en wat wil je met je foto bereiken?
WITBALANS
Iets anders wat ik alvast met je wil delen is de witbalans. De camera probeert namelijk onder alle omstandigheden de beste kleurweergave te kiezen. Dat lukt niet altijd. Als het bewolkt is, ziet de foto er al snel wat flauwtjes uit. En wanneer je binnen bij kunstlicht fotografeert ziet alleen er geel of oranje uit. Zelf je witbalans instellen geeft dan betere kleuren. Zo kun je in de huiskamer voor lamplicht kiezen en dat zal dan de kleurzweem corrigeren. Kijk maar eens in het menu van de witbalans wat je allemaal kunt instellen en ga hiermee experimenteren. Je zult merken als je de witbalans naar flitslicht, dat je foto wat koeler is als je dat vergelijkt met zonlicht. Bij bewolkt weer, kun je de witbalans op bewolkt instellen en dat geeft een mooiere kleur dan je deze op automatisch zou laten staan. Soms laat ik de witbalans op automatisch staan en pas ik de kleurtemperatuur in de nabewerking aan.
RAW
Heb je de foto’s uitgewerkt, aangepast op licht, contrast e.d. en omgezet naar bijvoorbeeld een JPEG bestand? Bij het omzetten naar een JPEG bestand gaat er veel beeldinformatie verloren. Ik bewaar zelf al mijn RAW foto’s (het kost wel geheugen), maar ik vind het een fijne gedachte dat ik de beelden ook nog puur heb en later altijd nog anders kan bewerken. Je kunt er nog alle kanten mee op.
Lukt het je niet in één keer. Oefening baart kunst, is een gezegde, dat zeker op fotografie van toepassing is. Als je dit eenmaal onder de knie hebt, is er nog zoveel meer te leren over fotografie. Ik kan me voorstellen dat je nog veel vragen hebt, stel ze gerust via info@mirandakoevoets.com. Op de pagina www.mirandakoevoets.com/educatie kun je nalezen over de basisinstellingen.
Wat vind jij?